Als je je identificeert met een kind dat je vroeger was, kun je met allerlei gevoelens van het kind te maken krijgen. Je voelt je bv. onzeker, dom, afgewezen, eenzaam. Als je dat gaat waarnemen, kan het zijn dat je je hart opent. Het kan ook zijn dat je die gevoelens en daarmee het kind in je afwijst. Hoe daarmee om te gaan?
Wat hieraan vooraf ging
In het 2e artikeltje in deze serie heb ik beschreven hoe je je identificatie met een kindpositie kunt doorbreken door het centrum van je bewustzijn te verplaatsen naar een volwassen positie of naar de innerlijke waarnemer. Als dat je lukt kun je het innerlijke kind waar gaan nemen als een aparte ‘Gestalt’ in jezelf. Je kunt het bv. in je verbeelding ‘zien’ of je kunt het voelen als een aparte energie in je lichaam. Je kunt daar verschillend op reageren.
Je opent je voor het kind
Het kan zijn dat je hart direct geraakt wordt door het kind. Je voelt haar/zijn verdriet, pijn, eenzaamheid, boosheid, teruggetrokkenheid etc. Er komt compassie in je op. Je wilt het kind maar al te graag troosten. Je wilt het naar je toehalen, oppakken, tegen je aandrukken, op schoot nemen – al naar gelang de leeftijd van het kind. Het is nauwelijks te verdragen om dat niet te doen.
Neem weerstand in het kind serieus
Toch is het belangrijk niet te snel naar het kind toe te bewegen. Het kan nl. zijn dat er weerstand in het kind zelf is. Als dat het geval is, zal het kind jouw toenadering en goede intenties als overweldigend ervaren. Daarom moet eerst gecheckt worden of het kind wel open staat voor jouw goede bedoelingen.
Het kind kan zich alleen openen wanneer het zich veilig genoeg voelt. Jij geeft die veiligheid allereerst door het jouw aandacht te geven en door niet weg te lopen. Heb geduld, blijf erbij ook al krijg je niet direct de ‘beloning’ van een warm contact. Hoe het proces van toenadering verder verloopt zal ik in het volgende artikeltje in deze serie beschrijven.
Voor dit moment volstaat het om voor te stellen dat je het kind in het centrum van een cirkel plaatst, in het centrum van jouw aandachtsveld. Ga dan in je verbeelding aan de rand van die cirkel zitten en houd je aandacht op het kind gericht. Meer hoef je niet te doen, totdat het kind zich voor jou opent.
Weerstand als volwassene: je hebt last van gevoelens van het kind
Het hart wordt niet altijd op deze manier geraakt. Als je veel last hebt van de gevoelens van het kind, dan ligt het niet zomaar voor de hand om je daarvoor open te stellen. Je bent bv. vaak angstig, onzeker, je voelt je niet tegen het leven opgewassen, je voelt je dom, afhankelijk, eenzaam etc. Er is heel wat moed voor nodig om dit soort gevoelens in jezelf toe te laten.
In je innerlijke waarneming kun je het kind dan gaan zien als iets afschrikwekkends. Het kan er bloot, koud, levenloos uit zien. Sommige mensen zien een uitgemergeld kindje of het ziet er op een andere manier onaantrekkelijk uit. Dat kan afkeer in je oproepen.
Wat is hier nodig? Maak pas op de plaats. Onderzoek je eigen weerstand, als volwassene. Waarom voel je die afkeer? Waarom wil je wegbewegen? Wat maakt dat je er niet bij kunt blijven? Misschien moet je eraan wennen dat dit een deel van jezelf is, dat je niet zomaar weg kunt poetsen. Het is verbonden met ongemak en eigenlijk wil je ervan af. Je wijst het af.
Besef dan, dat je in deze situatie precies datgene doet wat anderen vroeger met jou deden: zij wezen ook al dat deel van jou af. Juist daardoor is dat innerlijke kind ontstaan. Het is eigenlijk heel pijnlijk dit nu met jezelf te doen! Als je dit gaat beseffen en de pijnlijkheid van de situatie gaat voelen, kan je hart zich misschien voor dit kind openen.
Weerstand in de vorm van oordeel
Vaak gaat weestand tegen onaangename gevoelens gepaard met oordeel over die gevoelens. Je identificeert je dan met een ‘innerlijke criticus’, ook wel de ‘innerlijke rechter’ of ‘het superego’ gemoed. Dat is een deel van je bewustzijn dat de boodschappen van je verzorgende ouders in zich heeft opgenomen. Je kijkt dan door de ogen van diegenen die jouw gevoelens vroeger ook niet konden verdragen. Wat jij toen voelde mocht niet bestaan. En nu vind je zelf ook dat dit deel van jou niet mag bestaan.
Ook hier geldt dat je hart pas voor het innerlijke kind open kan gaan als je de pijnlijkheid van je oordeel gaat voelen. Het is zo pijnlijk als je een deel van jezelf afwijst!
Angst overweldigd te worden door gevoelens van het kind
Het kan ook zijn dat je voelt dat de gevoelens van het innerlijke kind te intense voor je zijn. Teveel verdriet, teveel pijn, teveel eenzaamheid, teveel boosheid. Je hebt het idee dat je het als volwassene niet aan kunt. Overspoeld worden door verdriet dat het kind met zich meedraagt gebeurt eigenlijk alleen wanneer je je met het kind identificeert. Het kind kon het verdriet vroeger niet dragen. En je gaat er onbewust nog steeds van uit dat die gevoelens niet te verdragen zijn.
Laat die gevoelens heel langzaam in jezelf toe
Het is belangrijk deze angst serieus te nemen. Je hebt een goede gronding in het volwassen bewustzijn of in de innerlijke waarnemer nodig om niet weer automatisch alles vanuit het kind te gaan beleven. Voel je volwassen lichaam, voel de grond onder je voeten, de stevigheid van je bekken, je kracht, je objectieve gewaarzijn. En laat de onaangename gevoelens voorzichtig in je toe. Geef jezelf de tijd aan het idee te wennen dat dit de gevoelens van een kind in jou zijn, die jij nu als volwassene voelt.
Vroeger moesten die gevoelens onderdrukt worden omdat je zenuwstelsel ze niet kon verdragen. Nu heb je echter een volwassen lichaam, dat veel meer spanning kan hebben. Je hele gestel moet echter wennen aan een groter intensiteit van energieën die je nu bewust in je lichaam toelaat.
Ik weet nog heel goed toen ik zoveel jaar gelenden voor het eerst bewust de intense energie van angst in mijn lichaam ging voelen. Alsof ik onder stroom stond! Ik voelde verkramping rond mijn maag, m’n hart sloeg sneller. En ik merkte hoe m’n gedachten steeds dezelfde cirkelredeneringen maakte. Ik kon dit allemaal waarnemen omdat ik blijkbaar plotseling uitgezoomd was, waardoor ik angst kon waarnemen als op elkaar inwerkende lichaamssensaties en gedachten. Het was fascinerend om dat zo waar te nemen zonder erin bevangen te raken!
Als je hart zich opent
Naarmate je de gevoelens van het kind meer in je toe kunt laten, kan je hart zich meer voor het kind in jou openen. Dan wordt het mogelijk een nieuwe stap te zetten. De aandacht kan nu uitgaan naar het kind, wat het thema is van het volgende artikeltje in deze serie.
© Chris Elzinga
Haarlem, 9 december 2016
Meer over dit onderwerp
In Gestalt-oefeningen die ik met cliënten rond innerlijke kinderen doe, kom ik vaak weerstand in de volwassen positie tegen in vormen die ik hierboven beschreven heb. Als er ook afweer in de kindpositie aanwezig is, moet eerst de weerstand in de volwassene alle aandacht krijgen. Pas als de volwassene open is voor wat het kind doormaakt, ontstaat een situatie waarin het kind zich veilig kan gaan voelen en zich langzaam kan gaan ontspannen. Van een kind dat te maken heeft met een afwijzende volwassene, kun je niet verwachten dat het zich voor die volwassene opent. Als dat wel gebeurt leidt dit gemakkelijk tot herhaling van slachtofferschap en trauma.
Over de innerlijke criticus is veel geschreven. Een mooi boek hierover is Zie jezelf in mildheid! (oorspronkelijke titel: Soul without Shame) van Byron Brown. De auteur is leraar in de Ridhwan-school.
Alle artikeltjes in deze serie:
Werken met innerlijke kinderen (1): Herkennen van het innerlijke kind als identiteit
Werken met innerlijke kinderen (2): Activeren van de innerlijke waarnemer
Werken met innerlijke kinderen (4): Het vertrouwen van het kind winnen
Werken met innerlijke kinderen (5): Innerlijke dialoog
Werken met innerlijke kinderen (6): Integratie van kindsdelen
Geef een reactie